Naar hoofdinhoud Naar footer

Meerdere wegen die naar Flexwonen leiden

Twinkel #29

'We zijn gaan kijken: waar kunnen we Flexwonen snel realiseren zonder teveel gedoe.'

Gepubliceerd op: 03-12-2025

Met Flexwonen kunnen twee, soms drie logés afwisselend gebruikmaken van dezelfde kamer. Daardoor kunnen organisaties meer cliënten blij maken met een plek om een paar dagen in de week te wonen. En hun naasten zijn er ook blij mee. Prinsenstichting ontwikkelde de aanpak. Raphaëlstichting en Esdégé-Reigersdaal hebben het toegepast. Ieder op hun eigen manier.

Prinsenstichting kreeg het idee voor Flexwonen toen steeds meer mensen op de wachtlijst stonden voor een woonplek. 'Doordat cliënten afwisselend gebruikmaken van dezelfde kamer, kunnen we slimmer omgaan met de beschikbare plekken', vertelt projectleider Willemijn Meurs. 'Maar Flexwonen heeft meer voordelen. Cliënten moeten tegenwoordig langer thuis blijven wonen. Voor ouders kan dat zwaar zijn. Met Flexwonen kunnen we ouders ontlasten.'

Cliënten moeten tegenwoordig langer thuis blijven wonen. Voor ouders kan dat zwaar zijn. Met Flexwonen kunnen we ouders ontlasten.

Willemijn Meurs, projectleider Prinsenstichting

Verschillende aanpakken

Flexwonen is een vorm van tijdelijk verblijf op basis van logeren of deeltijdverblijf. Het is ontwikkeld met ondersteuning vanuit Begeleiding à la carte 1. In het vervolgprogramma Begeleiding à la carte 2 heeft Prinsenstichting de aanpak verder ontwikkeld. Daarnaast heeft Prinsenstichting samen met Vilans een lerend netwerk opgezet. Daaraan deden een aantal zorgorganisaties mee. Zij passen Flexwonen toe binnen hun eigen context en cultuur. Wat leidt tot verschillende aanpakken.

We zijn gaan kijken: waar kunnen we Flexwonen snel realiseren zonder veel gedoe. Zo’n praktische benadering past het beste bij ons.

Martine Messchaert, zorgmanager

Meteen aan de slag

Bij Raphaëlstichting zijn een projectleider, zorgmanager en teamleider meteen aan de slag gegaan met Flexwonen. 'Je moet zoiets wel aan je eigen organisatie aanpassen', vindt Martine Messchaert zorgmanager bij Raphaëlstichting. 'We zijn gaan kijken: waar kunnen we Flexwonen snel realiseren, zonder dat we er veel gedoe van hebben. Zo een praktische benadering past het beste bij ons.'

'We hebben al vrij snel twee bestaande ruimtes omgevormd tot flexkamers', vertelt projectleider Nicole Maartens. 'Daardoor konden we meteen vier cliënten en hun families lucht geven. Het is goed als de ouders een paar dagen in de week geen zorg hebben, de druk op hen kan anders te groot worden.'

Wel of geen casemanager?

De Raphaëlstichting omarmde het Flexwonen dus meteen, maar maakte daarin wel eigen keuzes. Bij Prinsenstichting is speciaal voor Flexwonen een casemanager aangesteld. Zij is de verbinding tussen cliënten, ouders en de teams. Ze weet wat de zorgvraag en wensen zijn en welk team daar het best op kan inspelen. Raphaëlstichting heeft geen casemanager. Per locatie neemt de teamleider het casemanagement op zich. 'Het is ons model voor organiseren. Weinig overhead en dichtbij', aldus Martine.

We willen doordachte keuzes maken die toekomstbestendig zijn. Flexwonen binnen bestaande woonlocaties blijkt daarbij het meest kansrijk.

Monique Tesselaar, projectleider bij Esdégé-Reigersdaal

Eerst breed onderzoek

Bij Esdégé-Reigersdaal verloopt de invoering van Flexwonen op een nog andere manier. Daar kozen ze ervoor om eerst breed onderzoek te doen naar de kansen en uitdagingen van deeltijdverblijf voor hun organisatie. 'We willen doordachte keuzes maken die toekomstbestendig zijn', zegt projectleider Monique Tesselaar. 'Daarom heb ik eerst met 25 clustermanagers gesproken en met de mensen van het aanmeld- en adviesplein.'

Op die manier kreeg Esdégé-Reigersdaal inzicht in behoeften en kansen voor de organisatie. Vervolgens heeft Monique zes scenario’s voor deeltijdverblijf geschreven. 'Flexwonen binnen bestaande woonlocaties blijkt daarbij het meest kansrijk. Wat daarbij belangrijk is is dat we veel diverse doelgroepen hebben. Dat vraagt om maatwerk per doelgroep, ook in financiering.'

Gesprekken met het zorgkantoor

Financiering blijft een uitdaging voor alle drie de organisaties. 'De tarieven sluiten niet aan bij de zorgzwaarte', aldus Monique. 'Daarom heb ik samen met de business controller een businesscase uitgewerkt. Binnen een woonlocatie een of twee plekken omzetten naar Flexwonen betekent dat je misschien verlies gaat draaien. Daarover zijn we in gesprek met het zorgkantoor. Het zorgkantoor staat open voor deze nieuwe woonvorm. We hebben dan ook goede hoop op passende financiering.'

Ook Prinsenstichting en Raphaëlstichting voeren deze gesprekken met het zorgkantoor. 'Bij Flexwonen ga je veel concreter kijken naar wat er echt nodig is per vraag of behoefte', zegt Nicole van Raphaëlstichting. 'We vinden het een maatschappelijke verantwoordelijkheid om dat te doen: niet meer zorg geven dan nodig is. Als we naar de toekomst toe meer cliënten zorg willen bieden, dan is Flexwonen een van de weinige opties die we hebben. Daar horen de juiste tarieven bij. Maar het blijft een puzzel.'

Groter netwerk

Wat de organisaties verder gemeen hebben, is dat zij al veel kennis en ervaring hebben opgedaan met Flexwonen. Bij Raphaëlstichting hielp deelname aan het lerend netwerk om Flexwonen door te zetten. 'Ik ben gevoed door het Vilans-traject en de informatie die ik daar kon ophalen. Ik heb mede daardoor de aanpak goed leren kennen en kunnen verbinden met onze koers. Het is waardevol om ervaringen te delen met andere organisaties', zegt Monique.

Overigens is het ook waardevol om binnen je organisatie ervaringen te delen, vindt Willemijn van Prinsenstichting. 'Je wil zo’n nieuwe aanpak laten landen in de hele organisatie. Dan is het goed als medewerkers van elkaar horen hoe het werkt. Ook ervaringsdeskundige ouders kunnen aan medewerkers en aan andere ouders vertellen wat Flexwonen voor hen betekent. Elkaar inspireren, daar gaat het om, zowel intern als extern. We willen met elkaar de positieve ervaring met Flexwonen verder brengen.'

Deel deze pagina via: